In memoriam Juffrouw Hulsman
Uit Mededelingen, jaargang 8, 1983, nr. 1

Op 19 april j.l. stierf, op 89-jarige leeftijd, in "Sancta Maria" het oudste lid van de Historische Kring, Mej. Lambertine Hulsman. Tijdens de jaarvergadering op 21 april d.o.v. wijdde de voorzitter bij de aanvang van de vergadering de volgende woorden aan haar verscheiden: "Met haar overl ijden is een opmerkelijke figuur uit onze gemeenschap heengegaan.
Generaties Huissenaren hebben haar gekend en meegemaakt als onderwijzeres, eerst aan de openbare gemeenteschool - de schooi van haar vader - en sinds 1932 aan de r.k. jongensschool St. Aloysius. Velen onzer zijn, met háár in het midden, vereeuwigd op een klassefoto. Zij stond daar dan: kaarsrecht en gestreng. Want zij was een onderwijzeres; een "juffer" van de oude stempel, voor wie tucht. orde en netheid boven alles gingen. Zij spaarde dan ook de haar toevertrouwde jongensschaar de roede niet: haar "Spaanse rietje" was vermaard en gevreesd. Een onoplettenheid of een grapje in de kerk tijdens de voorbereiding voor de eerste Communie kon zij b.v. allerminst appreciëren. Haar gestrenge blik ontnam dan verder ieder de lust zich nog aan enige ontsporing te buiten te gaan.
Op 18-jarige leeftijd stond zij reeds voor de klas en 46 jaar lang zou zij onafgebroken in het onderwijs werkzaam zijn. Zij was geen gemakkelijke vrouw, voor anderen noch voor zichzelf. Zij eiste discipline van eenieder en was er zelf een toonbeeld van.
Die discipline kenmerkte ook haar godsdienstig leven . Op dit punt duldde zij - streng in de katholieke geloofsleer - geen enkele afwijking of vrijzinnigheid, hoe gering ook. Menig pastoor en kapelaan hebben het ondervonden als zij de preekstoel beklommen en het aandurfden van enig modernisme — in haar ogen - blijk te geven.
De moderne liturgie was haar een gruwel en de vrijheid, die de dames zich gingen veroorloven door zonder hoed in Gods huis te verschijnen, bedroefde haar. Zélf zou zij nooit blootshoofd ter kerke gaan. Zij spaarde de geestelijkheid haar kritiek evenmin. Ook als prominent lid van de Derde Orde van St. Dominicus wenste zij - in die kring - geen afwijking van de leer en geen "vrijzinnige opmerkingen van de zijde der eestelijke leiding.
Zij maakte zich, behalve in het onderwijss ook zeer verdienstelijk op cultureel, sociaal en charitatief terrein (Geloof en Wetenschap, Wit-Gele Kruis, vakantiekolonies e.d.) en het moet voor haar een vreugdevolle dag zijn geweest, toen zij bij haar afscheid van het onderwijs in december 1958 de pauselijke onderscheiding "Pro Ecclesia et Pontifice" ontving.
Zij voelde zich ais een echte Huissense. Zij was er geboren als dochter van een "import-Huissenaar"" weliswaar, maar van een moeder, die stamde uit het oude Huissense geslacht Kloppenburge
De Huissense geschiedenis en de beoefening ervan hadden haar interesse en zij meldde zich dan ook kort na de oprichting aan als lid van de Historische Kringe. Ofschoon de laatste jaren slecht ziende, las zij "Mededelingen" met grote aandacht en kritisch. Zij gaf dan vaak waardevolle correcties en aanvullingen op het gepubliceerde: voortspruitende uit haar eigen wetenschap als uit die welke haar vader en haar moeder haar hadden overgeleverd.
Enkele malen bezocht zij een Kring-vergadering en liet dan levendig blijken geïnteresseerd te zijn in het verhandelde en het gebodene, met name toen de "Huissen Revue" in aanwezigheid van wijlen kapelaan W.F.Pelgrim werd vertoond.
Als een zeer gewaardeerde geste schonk zij de Kring de hamer van de voormalige Huissense Rederijkerskamer "Oefening kweekt Kennis" - waarin haar vader zo'n belangrijke rol had gespeeld - als voorzittershamer voor de Kring.
De hamer, op welks voet wij een inscriptie te harer ere hebben laten aanbrengen blijve een herinnering aan deze opmerkelijke en sterke Huissense vrouw, die tot vóór kort "resideerde" in het prachtige 17e eeuwse herenhuis aan de Langestraat. Zij moest het wegens fysieke omstandigheden verlaten, ongetwijfeld met een bezwaard gemoed.
Tegen haar levenseinde moet zij toch de troost hebben gehad, dat "haar" huis door een fraaie restauratie een pronkstuk van Huissen zal blijven.
In deze vergadering eren wij gaarne de nagedachtenis van LAMBERTINE HULSMAN. Zij moge rusten in vrede.
(De uitvaart en begrafenis hadden op 22 april j.l. piaats.)